In het poolgebied van Rusland zijn overblijfselen gevonden van een holenbeer. Het is de eerste keer dat dit prehistorische dier wordt gevonden met de vacht en de tanden nog zichtbaar.

Experts schatten dat de holenbeer tussen de 22.000 en 39.000 jaar oud is. Dat betekent dat de beer leefde in het Pleistoceen. Zo heet de tijdsperiode die 2,5 miljoen jaar begon en 12.000 jaar geleden eindigde.

De holenbeer was een hele grote berensoort. Als ze op hun achterpoten stonden, kwamen ze boven de 3,5 meter uit. De dieren konden wel duizend kilo worden. Dat is drie keer zo zwaar als de Europese bruine beren die jij in de dierentuin ziet.

De beer is gevonden in het Russische deel van Siberië. Het is daar zo koud, dat de ondergrond altijd bevroren is. Omdat het de afgelopen jaren steeds iets warmer wordt, ontdooit die grond. Daardoor kwamen er al vaker overblijfselen tevoorschijn van dieren die duizenden jaren geleden overleden.

Experts hopen dat ze dna kunnen krijgen van de gevonden holenbeer. Daarmee kunnen ze meer over het dier te weten komen.

Prehistorische beer gevonden van 39.000 jaar oud