Jana en Dilara uit Oekraïne laten zien wat er over is van hun school

Jana en Dilara uit Oekraïne laten zien wat er over is van hun school

Het is nu al meer dan drie maanden oorlog in Oekraïne. Meer dan twee miljoen Oekraïners zijn gevlucht. Toch zijn er ook veel kinderen in Oekraïne gebleven.

De 12-jarige Jana en Dilara bleven in hun dorp Olyzarivka, dat ongeveer 100 kilometer van de hoofdstad Kiev ligt. Het dorp was een tijd door Russische soldaten bezet.

Ik mis hoe vredig het was. Het was rustig en toen kwamen zij. Zij maakten alles kapot in ons dorp.
Dilara

Door raketaanvallen van het Russische leger werden gebouwen in hun dorp vernield. Sinds de oorlog begon hebben de kinderen er geen les meer gekregen.

Dilara en Jana kunnen weer de straat op. De oorlog is niet voorbij, maar er zijn geen Russische soldaten meer in hun dorp. De twee meiden laten zien wat er nog over is van hun school. Het gebouw staat nog overeind, maar alle ramen zijn kapot. En het dak is verwoest.

Ze hebben onze school kapotgemaakt. Dat is triest.
Jana

Dilara en Jana krijgen nu online les van een juf uit het dorp, samen met andere kinderen. Toch kunnen nog lang niet alle kinderen online lessen volgen. Ze hebben niet allemaal een computer en internet.

Ik wil het liefst met kinderen op een veldje praten. Of bij mij thuis. Maar er is vaak luchtalarm.
juf

Jana en Dilara zijn opgelucht dat de Russische soldaten weer weg zijn uit hun dorp. Ze zijn nu op andere plekken in Oekraïne aan het vechten, vooral in het oosten van het land.

De kinderen hopen dat de oorlog snel stopt. En dat hun school weer wordt zoals vroeger, met normale lessen, samen in de klas.